Bezwaarschrift van ABLLO vzw ivm RUP AZ Nikolaas
Zestien hectare nieuwe monocultuur binnen herbevestigd agrarisch gebied (boven). Of zestien hectare binnen multifunctioneel stedelijk gebied, waar nota bene een nieuw ziekenhuis zelfs haalbaar is op ongeveer drie hectare terreininname.
- Inhoud
Deze inspraaknota is een uitvoerige bijdrage van ABLLO vzw. Dit is een regionale vereniging van milieu- en natuurorganisaties uit het Waasland. Deze nota wordt door ABLLO vzw ingediend tijdens de inspraakperiode bij het openbaar onderzoek over het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de herlocalisatie van het regionaal algemeen ziekenhuis AZ Nikolaas, hierna kortweg aangeduid door (ontwerp) RUP AZN. Dit onderzoek loopt van 23/04/2021 tot en met 21/06/2021. Dit is een 60 dagen durende raadplegingsperiode voor inspraak op het voorgelegde RUP AZN. De infoavond voor de bevolking vond plaats op 29/04/2021 om 19 uur via een life teamsevent.
Deze inspraaknota is als volgt opgebouwd.
- Situering van dit bezwaarschrift tegen het ontwerp RUP AZN
- Duiding ontwerp RUP AZN in de historie van de ruimtelijke planning
2.1 Stedenbouwwet 1962 – Gewestplan – Structuurplannen
2.2 Omgevingsplanning en beleidsplannen Ruimte - Bezwaren tegen het ontwerp RUP AZN
- Aanbevelingen in de conceptvorming
- Besluit
- Bijlagen (2)
- Situering van dit bezwaarschrift tegen het ontwerp RUP AZN
Van 22 mei 2018 tot en met 20 juli 2018 kon de bevolking van de stad Sint-Niklaas de startnota en de procesnota, als inleiding bij de opmaak van het ontwerp RUP AZN, raadplegen in het stadhuis, Grote Markt 1 te Sint-Niklaas, aan de balie “Wonen, Bouwen en Ondernemen”, en op de gemeentelijke webstek www.sint-niklaas.be.
Tijdens die periode, organiseerde de stad een participatiemoment rond de startnota op 16 juni 2018 van 10 tot 13 uur in de inkomhal van Syntra, Hogekouter 1, 9100 Sint-Niklaas.
Tot uiterlijk 20 juli 2018 kon de bevolking schriftelijk reacties bezorgen aan het college van burgemeester en schepenen, Grote Markt 1, 9100 Sint-Niklaas, af te geven in het stadhuis tegen ontvangstbewijs of digitaal te bezorgen via info@sint-niklaas.be .
De toen aan de bevolking voorgelegde nota’s waren:
1, Startnota Sint-Niklaas, RUP AZ NIKOLAAS, Niet verordenend deel, opgemaakt door AnteaGroup;
2, Procesnota, van hetzelfde bureau.
Het ontwerp RUP AZN wordt opgemaakt door een planteam. Het planteam voert het geïntegreerd planningsproces, begeleidt de verschillende onderzoeken, integreert de tussentijdse resultaten in het planningsproces en zorgt voor een continue kwaliteitsbewaking (zie p. 5 van de procesnota).
Voorts verwijzen we naar pagina 6 en volgende in deze Procesnota, waarin staat:
- De stad vraagt advies aan Gecoro, Deputatie, Dep. Omgeving, Dep. Landbouw, Agentschap Wonen, AWV [in totaal 11], telkens m.b.t. aanleidingen waarvoor betrokkenen instaan of bevoegd zijn.
- De stad kan (sic) vijf actoren en stakeholders betrekken in het planproces: Dep. Omgeving, betrokken provinciale diensten, AZ Nikolaas, de Stuurgroep Masterplan AZ Nikolaas en de bevolking van de stad.
Het is in de rol als stakeholder, met omvattende regionale bezorgdheid om natuur en milieu, dat ABLLO vzw dit bezwaarschrift opgesteld heeft. De stad heeft ABLLO vzw nauwelijks betrokken in dit planproces. ABLLO vzw heeft op eigen initiatief vrij veel actie ondernomen om meer kwaliteit te laten realiseren bij de vernieuwing van AZN. Bovendien heeft ABLLO vzw een uitvoerige opmerkingennota neergelegd op 10/07/2018. Dit, aansluitend bij de voorstelling van de proces- en startnota.
Al dit werk werd niet ernstig genomen, zoals blijkt uit de erop volgende scopingnota versie 1 van 19/01/2019 en versie 2 van 09/2019. En zoals blijkt uit wat nu voorligt als ontwerp van ontwerp RUP AZN. In volgende paragraaf wordt dit -niet limitatief- toegelicht en geduid.
De grote vraag blijft: wie voert het ruimtelijk beleid, de bevoegde overheid of enkelingen die nauwe banden hebben met AZN?
- Duiding ontwerp RUP AZN in de historie van de ruimtelijke planning
2.1 Stedenbouwwet 1962 – Gewestplan - Structuurplannen
In de Wet op de stedenbouw, uit 1962, werd het doel van de ruimtelijke planning als volgt omschreven. Artikel 1. De ruimtelijke ordening van het land, de streken, gewesten en gemeenten wordt vastgesteld in plannen. Die ordening wordt ontworpen zowel uit economisch, sociaal en esthetisch oogpunt als met het doel 's lands natuurschoon ongeschonden te bewaren. Er is nooit een nationaal of een streekplan vastgesteld. Laat staan, dat ’s lands natuurschoon ongeschonden bewaard bleef. Dit ruimtelijk beleid blijft ongeloofwaardig.
In 1979 publiceerde de dienst Ruimtelijke Ordening van de stad Sint-Niklaas een uitgebreide inventaris, Ruimtelijke Ordening, Structuurplan, Inventaris. Hubert Cleyman, planningscoördinator structuurplan, had toen de grote verdienste om dit ‘informatieve deel’ uit te schrijven. Die inzichten zijn essentieel om de ruimtevraag en trends te kennen en om ze te kunnen sturen.
In 1996 legde prof. Allaert de basis van het eerste structuurplan voor Sint-Niklaas en het Waasland. Hij legde een ruimtelijk concept voor met afwerking van de ruitstructuur van de kernstad. Een aantal inrichtingsprincipes geven hieraan vorm zoals: openbaar vervoer (OV) en fietsroutes als alternatief, groene assen, versterking van de kern, beekvalleien, versterking van de Z-vormige bosstructuur. Dit is onderdeel van ‘richtinggevend deel’.
Visie en concept geven de contouren en de samenhang weer van structuurbepalende delen binnen een gewenste structuur.
Hierbij aansluitend, werden nadien alle ruimtelijke structuurplannen voor de stad en de omgeving opgemaakt, op meerdere schaalniveaus en gelet op het subsidiariteitsbeginsel: het RSV voor Vlaanderen (1997), het PRS in de provincie Oost-Vlaanderen (2004). In het eerste mobiliteitsplan (2002) is ook sterk ingezet op corridor en ruit voor de kernstad. In 2006 volgde het goedgekeurde gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) dit model.
Iconografische voorstelling van het ruit-corridormodel, in doorgroei van de corridor richting Temse (uit eerste mobiliteitsplan). Met ‘groene vinger’, als deel van de Z-vormige bosstructuur. En rechts, situering waarbinnen het ontwerp RUP AZN is ingetekend.
Z-vormige bosstructuur
In de bosstructuur van het Waasland is een Z-vorm herkenbaar: in het noordwesten van het Waasland situeert zich de beboste dekzandrug Maldegem-Stekene, in het zuiden strekt zich de stuifzandrug uit van Waasmunster over Belsele - Sint-Niklaas tot in Beveren - Melsele. Deze twee zandruggen hebben een noord-zuid verbinding via het boscomplex in Puivelde – Gouden Leeuw. Door in te zetten op bosversterking en uitbreiding en het voorzien van opgaand groen in het overige landschap kunnen de boscomplex functioneler met elkaar worden verbonden. Deze bosstructuren zijn in het bijzonder relevant voor vleermuizen, waaronder de uiterst zeldzame Mopsvleermuis, die in Vlaanderen uitgestorven werd gewaand, maar waarvan er vanaf 2014 in het Waasland terug populaties van zijn ontdekt..
Bron : Regionaal klimaatadaptatieplan Waasland (April 2021) op p. 78-79
De gewenste ruimtelijke structuur, volgens het eerste en nog in voege zijnde gemeentelijk ruimtelijk structuurplan volgt dit alles met ondermeer:
a/ compacte stedelijke kern,
b/ stedelijke corridor,
c/ stadspoort,
d/ stadsknooppunt,
e/ afbakening stedelijk gebied…
De onophoudelijke ruimtevraag van tal van actoren, voor vele functies en binnen een cultuur van schaalvergroting, zet de ruimte onder druk. Ruimte is een schaars goed. Het in hokjes verdelen van de ruimte in bestemmingsplannen volstaat niet meer. Met structuurplanning trachtte men verbanden te leggen tussen de bodembestemmingsplannen. Men probeerde ook, per schaalniveau, de ruimtelijke structuur hiërarchisch per beleidsniveau in te vullen.
Draagkracht van de ruimte bewaken, goede verhoudingen in samenhang en ruimtelijke kwaliteit waarborgen moet de uitdaging zijn van ruimtelijk beleid en plannen. Nu, na 60 jaar ruimtelijk beleid, gooit men dat beleid nog steeds over boord met het ontwerp RUP AZN:
- Gewestplan: ontwerp RUP AZN wijkt geheel af van de bestemming ‘agrarisch gebied’.
- Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), Herbevestiging Agrarisch Gebied: ontwerp RUP AZN wijkt geheel af van dit herbevestigingsbesluit.
- RSV, GRUP Afbaking regionaalstedelijk gebied: ontwerp RUP AZN valt buiten afgebakend stedelijk gebied. Deze zeer belangrijke stedelijke en regionale centrumfunctie holt het stedenbeleid uit. Het buitengebied wordt aangetast enerzijds. En de verdichtingsambities binnen stedelijk gebied worden genegeerd anderzijds.
- RSV, Wegencategorisering. Zoals eerder aangehaald, is het belangrijkste inrichtingsprincipe van het ontwerp RUP AZN, de primaire weg type 2, de N41. Uit de scopingnota 2 onthouden we, dat een bijkomende aansluiting voor ambulances enkel met rechtsaf door AWV aanvaard wordt. Het nog steeds van kracht zijnde RSV schrijft ondermeer voor: 1 geen rechstreekse toegang tot particulier terrein en, 2. bouw- en gebruiksvrije zone als erfdienstbaarheid buiten de stedelijke gebieden van 30m vanuit de as van de weg (zie blz. 492).
2.2 Omgevingsplanning en beleidsplannen Ruimte
Na de regionalisering van het ruimtelijke-ordeningsbeleid is de doelstelling van deze overheidsrol meer omvattend geformuleerd. Deze steunt ondermeer op de in 1972 door de Club van Rome geformuleerde doelstellingen,. Dit is trouwens ook de doelstelling binnen het VCRO, artikel 1.1.14:
Een basisregel in de ruimtelijke planning is, dat goedgekeurde plannen van kracht blijven tot ze geheel of gedeeltelijk vervangen zijn door een nieuw goedgekeurd plan. (cfr VCRO).
Nu er volop gewerkt wordt aan beleidsplannen ruimte wordt de focus - eindelijk - meer omvattend en samenhangend. We verwijzen hierbij naar de omgevingsplanning in de in opmaak zijnde beleidsplannen ruimte: Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (BRV) en provinciaal beleidsplan Oost-Vlaanderen. Deze bevatten nu al uitgewerkte strategische visies en operationele beleidsvelden. En er is het op te starten planningsproces op lokaal niveau voor een (inter)gemeentelijk beleidsplan ruimte. We gaan hier even dieper op in, per beleidsniveau.
a/ BRV, Strategische doelstellingen, zeer beknopte oplijsting uit BRV, 2018
- Verminderen van het bijkomend ruimtebeslag en het verhogen van het ruimtelijk rendement.
- Het versterken van de ruimtelijke ruggengraat gebeurt door bijkomende woongelegenheid en ruimte voor ondernemerschap te ontwikkelen rond aan te duiden strategische collectieve vervoersknopen binnen de ruggengraat.
- Palet van leefomgevingen, ruimtelijke ontwikkelingsprojecten realiseren een goede inrichting vanuit de kernkwaliteiten voor ruimtelijke ontwikkeling:
- Gedeeld en meervoudig gebruik
- Robuustheid en aanpasbaarheid
- Herkenbaarheid, leesbaarheid en visuele aantrekkelijkheid van de omgeving;
- Waardering van erfgoed en de karakteristieken van het landschap;
- Biodiversiteit, ecologische samenhang en bodemkwaliteit;
- Klimaatbestendigheid;
- Energetische aspecten;
- Gezondheid;
- Inclusief samenleven;
- Economische vitaliteit;
- Wonen en werken nabij huidige en toekomstige collectieve vervoersknopen en voorzieningen.
- Robuuste open ruimte.
- Netwerk van groenblauwe aders tegen 2050 maximaal ingericht.
b/ Provinciaal beleidsplan ruimte, Oost-Vlaanderen.
De provincie Oost-Vlaanderen gaf in 2019 in vier conceptnota’s de richting aan, hoe ze invulling wil geven aan haar Provinciaal Beleidsplan Ruimte. Dit plan heeft een dubbele structuur: een strategische visie en het beleidskader.
Acht waarden: 1 gezondheid en veiligheid, 2 kwaliteit en comfort, 3 klimaatgezond,
4 identiteit en autenticiteit, 5 autonomie en robuustheid, 6 welvaart, 7 rechtvaardigheid en 8 sociale cohesie en inclusie
Vier ruimtelijke principes, als toetskader: 1 nabijheid en bereikbaarheid, 2 meervoudig en intensief ruimtegebruik, 3 ecosysteemdiensten versterken, 4 maatschappelijke betaalbaarheid.
Vijf werkvelden: 1 ruimtelijke governance, 2 sensibilisering en transitiemanagement,
3 sterkere gebiedsgerichte benadering, 4 instrumenten en hefbomen en 5 realisatiegericht aan de slag.
c/ Gemeentelijk beleidsplan ruimte, Sint-Niklaas
In het Beleidsprogramma 2019 – 2024 van de stad Sint-Niklaas, wordt gepleit voor: de stad verder ontwikkelen en vergroenen (hoofdstuk III). Naar verluidt zou dit jaar een bureau aangesteld worden voor de opmaak van dit plan. Het lijkt dus bijna niet meer haalbaar om tegen het einde van deze bestuursperiode dit plan goedgekeurd te krijgen.
Een geheel nieuw ruimtelijk concept voor de kernstad wordt voorgesteld: het lobbenstadmodel. Tegelijk wordt de opmaak van een nieuw Beleidsplan Ruimte Sint-Niklaas aangekondigd. Geen woord over het ontwerp RUP AZN. Men slaagt er niet in om gedurende een kwart eeuw, de Z-vormige bosstructuur te versterken. Het lobbenstadmodel -met een zevental groene vingers- zal in het verlengde van de recente geschiedenis weinig ruimtelijke verankering en daadwerkelijke invulling op het terrein kennen. Het ontwerp RUP AZN zet de oude trend verder.
Ofwel volgt men de structuurplannen ofwel de strategische visies van de in ontwikkeling zijnde beleidsplannen ruimte.
Kortom, uit voorgaande blijkt, dat voorliggend ontwerp RUP AZN niet aansluit bij de bestemmingsplannen, structuurplannen, omgevingsplannen, sectorplannen, verordeningen en evenmin met de beleidsplannen ruimte.
Daarom tekenen we formeel dit fundamenteel bezwaar aan tegen dit ontwerp RUP AZN.
In volgende paragraaf gaan we verder met bezwaren.
- Bezwaren tegen het ontwerp RUP AZN want het is afwijkend van het huidige beleidskader
Het voorliggend ontwerp van RUP is ontstaan enkel en alleen vanuit het privé initiatief van de vzw AZ Nikolaas. Dit is nog niet mee met dit omgevingsdenken. Dit is niet zo erg, indien de collectieve, socio-economische en ruimtelijke kwaliteiten verbeteren volgens het geldende en in ontwerp zijnde plankader. Maar dit is niet zo. De decennia lang, moeizaam ontworpen en geformuleerde ambities in de ruimtelijke planning worden opnieuw opzij geschoven. Men legt een plan voor dat onvoldoende gericht is op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Er worden te weinig verbanden gelegd met: de draagkracht van de schaarse ruimte, de gevolgen voor het leefmilieu, de economische gevolgen en de socio-culturele en esthetische impact. Zo wordt geen samenhangende ruimtelijke kwaliteit gerealiseerd.
De startnota RUP AZN en al wat erop volgt is opgemaakt à la tête du client, volgens achterhaalde planconcepten en verouderde visies. Ieder beleidskader zoals bestemmingsplan, structuuurplan of zelfs strategische visies uit in ontwikkeling zijnde beleidsplannen (BRV, etc.) worden bij het grof vuil gezet. Het ontwerp RUP AZN staat geheel los van een hele reeks van beslist-beleid-keuzes om ruimtelijke kwaliteit te realiseren.
De taakstelling, de fasering, het subsidiariteitsbeginsel: niets lijkt aan dit ontwerp RUP AZN vooraf te gaan. Het lijkt erop, dat een zeer beperkt aantal lokale politici van de oude generatie het beleid in deze naar hun hand zetten. Tal van moeizaam en democratisch ontworpen beleidskaders worden opzij gezet enkel en alleen voor dit regionale ziekenhuis. Uit de voorgelegde documenten blijkt, dat nog te weinig toegevoegde waarde wordt nagestreefd met het project. De puzzelstukken passen totaal niet goed in mekaar om nu al over te gaan tot dit RUP.
De te nemen horden zijn overgeslagen, of zijn niet goed uitgewerkt. De definiëring van een visie op een nieuw AZN in een zich wijzigende maatschappelijke, verkeers- en vervoerskundige en ruimtelijke context wordt zelfs niet vermeld in de startnota. Opnieuw, er zijn te veel negatieve ruimtelijke trends en bedreigingen die met dit project bestendigd worden.
BEZWAAR 1 : Uitholling jarenlange planningsactiviteiten:
De verhuisplannen van AZ Nikolaas tonen hoe die jarenlange planningsactiviteiten alweer uitgehold worden. Met het ontwerp RUP AZN wordt afgeweken van die over vele jaren in ontwikkeling zijnde structuur. Na meer dan vijfentwintig jaar planvormig van en investering in dit concept van “ruit-corridor-boscomplex”: er is geen continuiteit met dit ruimtelijk concept “ruit-corridor-Z-bos”.
BEZWAAR 2 : ontwerp RUP AZN, ouderwets, achterhaald ruimtelijk concept.
In het ontwerp RUP AZN wordt impliciet één ouderwets, achterhaald ruimtelijk concept voorgelegd met een eenzijdige kwaliteit, met te weinig samenhang en duurzaamheid:
- Monofunctioneel, overgedimensioneerd en dus ruimte-verspillend.
- Hierdoor wordt afstand geschapen. En dat komt op de rekening van ieder van ons.
- In buitengebied, met grootschalige verdringing van landbouw, fauna en flora.
- Een regionale functie als wegbermcultuur, met de auto als ordenend beginsel.
- Een ‘afstandelijke’ schaalvergroting zonder synergie met andere centrumfuncties.
- De auto beheerst deze ongezonde omgeving met voorrijgelegenheid, voorsorteerstroken, interne rondwegen en een immense parking.
- Aangevuld met P+R, samen met een dure buspendel, want ‘De Neerkouter’ ligt buiten het bestaande openbaar vervoer-net. En hiervoor is geen extra geld voorzien volgens ‘basisbereikbaarheid’.
- Voor de fietsers en voetgangers moet alles nog ontwikkeld worden.
- Dit wordt aangevuld met groene bermen en ‘schaamschermen’, aldus AZN-argumentatie: “boomsingels, als overgang naar de agrarische open ruimte, bijdragen aan het helend parkkarakter van de site”.
- Bermgroen en wadi worden op restruimte voorzien en volgen in het planconcept. Ecologische randvoorwaarden vormen niet het uitgangspunt. Deze zijn wel het inrichtingsprincipe binnen het lobbenstadmodel, waar de stad zegt voor te willen gaan.
- Het stadshart wordt tegelijk uitgehold, net door de ruimtelijke spreiding. Dit alles op vier of vijf keer meer ruimte dan nodig voor een dergelijk ziekenhuis. Kortom, duurzaamheid wordt met het ontwerp RUP AZN overboord gegooid. Het kan anders.
ZNA Cadix, Kempenstraat / Noorderlaan Antwerpen met 115.000 m² vloeroppervlakte op amper 3 ha terrein, goed bereikbaar te voet centraal in verdicht weefsel, via fietsroutenet, openbaar vervoer (tram en bus) op eigen bedding met een centraal gelegen halte aan de hoofdingang, en een parking onder de grond. De functies van ZNA Cadix en AZN zijn niet dezelfde, maar het verschil in grondinname is wel extreem.
BEZWAAR 3 : Voorwaarden voor buitenstedelijke alternatieven.
Uit de toelichtingsnota blijken nog onnauwkeurigheden in verband met selectiecriteria en zoekzones. Op aandringen van ABLLO vzw is men ook op zoek gegaan naar binnenstedelijke alternatieven. Men hanteert hierbij tegenstrijdige criteria.
Op vlak van ruimte-inname, werd deze oppervlakte in onderling overleg tussen de stad Sint-Niklaas en het AZN aangepast, tot een maximale bruto te herbestemmen terreinoppervlakte van ± 16 ha buiten het stedelijk gebied. De zoekzones die in aanmerking komen voor het AZN moeten m.a.w. een minimale oppervlakte van 16 ha hebben. Hierdoor vallen locaties 6, 7, 8, 9, 10, 14 en 15 ook uit, bovenop de eerder uitgesloten locatiealtenatieven (zie toelichtingsnota p. 17).
Voor binnenstedelijke locatiealternatieven gaat men ervan uit, dat de noodzakelijke terreinoppervlakte, inclusief ontsluitingswegen, parkeerinfrastructuur, omgevingsaanleg, etc. minimum 6 ha moet bedragen. Gevolg, elke site die kleiner is, komt per definitie niet in aanmerking als locatiealternatief (toelichtingsnota p. 23).
Waarom maakt men het onderscheid: 16 ha voor buitenstedelijke (randstedelijke?) locatiealternatieven en 6 ha voor binnenstedelijk? Als een ziekenhuis binnenstedelijk kan op 6 ha, waarom worden dan alle locaties kleiner dan 16 ha dan geschrapt ? Een verschil van 10 ha is wel zeer groot. ABLLO vzw tekent bezwaar aan tegen de voorwaarde van de 16 ha bij het al of niet weerhouden van buitenstedelijke alternatieven.
BEZWAAR 4 : Gebrek aan creativiteit bij bepalen van locatiealternatieven
ABLLO vzw heeft ook alternatieven voorgesteld met mengvormen:
- Parkziekenhuis 1: met AZN dwars doorheen het smalste deel van het (beschermde) park, maar met toevoeging van vele hectaren parkzone na afbraak van de oude Stadskliniek. Met een parking onder de Parklaan en gebruikmakend van de bestaande fietsroutes in acht richtingen en met de bushalte Park, omgedoopt tot bushalte AZN, pal voor de hoofdingang in de Parklaan.
- Het Fabiolapark, met een ziekenhuis tussen het Waasland Shopping Center en het Fabiolapark en de N16 en met parking eronder.
- Tal van varianten werden uitgewerkt in wervende 3D-beelden door teams van architectuurstudenten: in het park, op het Fabiolaplein en bij het station.
- Parkziekenhuis en site van het Gemeenschapsonderwijs (GO) : Dit alternatief werd voorgesteld om te toetsen of men de zoektocht naar binnenstedelijke alternatieven ernstig neemt. Niet dus, want, de GO-site werd te klein bevonden. Niemand die eraan dacht om met een gefaseerde aanpak in mengvorm met Go!, Odisee, AZN, en het lokale beleid (knip op de Grote Markt) de puzzel af te werken.
Telkens ABLLO vzw een multifunctionele, sociale, gezonde en ecologische samenhang voorstelt, weigert men hier ook maar iets mee te doen.
ABLLO vzw maakt bezwaar tegen het weinig au-serieux nemen van voorgestelde alternatieven door ze te letterlijk te nemen zonder de potentie te willen bekijken. De tekening van het Parkziekenhuis was vooral een suggestie. Laat ervaren studiebureaus het creatieve werk doen.
BEZWAAR 5 : Schrappen Parkziekenhuis want ‘strijdig’ met erfgoed?
ABLLO vzw heeft in 2018 voorgesteld om AZN op de huidige locatie te houden en deels uit te breiden in het stadspark mits een serieuze parkcompensatie hiervoor te voorzien op het terrein van de Stadskliniek. Zo kan de hoofdingang van AZN komen op de Parklaan, vlak bij de openbaar vervoer corridor en de fietsroutes. In het initieel voorstel stond een nieuw stukje AZN ingetekend ongeveer in het verlengde van het Zeildoekstraatje. Latere voorstellen situeerden zich in het meest zuidelijke deel van het park, waar bijna 10 jaar geleden een volledige herplant is gebeurd. Bijgevolg een gedeelte met zeer geringe historische erfgoedwaarde.
In de toelichtingsnota lezen we op p.26 een citaat uit een brief van Agentschap Onroerend Erfgoed aan de Stad:
“Dit park is echter een beschermd cultuurhistorisch landschap sinds 7 mei 1975 (“Kasteel Walburg en omgeving”). Strikt genomen kan deze bescherming worden opgeheven, mits het volgen van een juridische procedure. Dit gebeurt echter zeer uitzonderlijk. Bovendien zijn volgens het Agentschap Onroerend Erfgoed de erfgoedwaarden nog aanwezig in het gebied. Er is voor het Agentschap bijgevolg geen aanwijzing om de bescherming op te heffen. “
ABLLO tekent bezwaar aan omdat de Stad de brief van Agentschap Onroerend Erfgoed misbruikt om helemaal geen onderzoek te moeten uitvoeren. De Stad beslist dus zelf om het alternatief Parkziekenhuis te schrappen omdat “het Agentschap Onroerend Erfgoed slechts uitzonderlijk bescherming opheft”.
En dit zonder degelijk onderzoek.
Speelt de Stad hier rechter en partij?
BEZWAAR 6 : Schrappen locatie-alternatief Stationsomgeving-Noord
Bij het locatiealternatief “Stationsomgeving-noord” concludeert men dat dit alternatief naar autoverkeersafwikkeling niet haalbaar is en bijgevolg wordt uitgesloten. De twee resterende randstedelijke locaties, met name ‘De Neerkouter’ en ‘De Winningen’ worden wel als haalbaar beschouwd, mits de nodige maatregelen worden genomen. Beiden werden op evenwaardige wijze meegenomen en onderzocht in het MER. (toelichtingsnota p. 29).
Is openbaar vervoer geen verkeer? Het locatie-alternatief Stationsomgeving-Noord afgeschreven omwille van AUTOverkeer (niet haalbaar), maar De Neerkouter wordt NIET afgeschreven ONDANKS het ontbreken van een degelijke verbinding voor Openbaar Vervoer.
En indien men wel een OV-verbinding maakt, is deze duur, ondermaats, en een verslechterde toestand tov huidige AZN-locatie.
ABLLO vzw tekent bezwaar aan tegen de ongelijke beoordeling van het alternatief Stationsomgeving-noord en dus tegen het ‘wegschrijven’ van het alternatief Stationsomgeving-noord omwille van die verkeersargumenten.
BEZWAAR 7 : Hoogfrequente busdienst naar De Neerkouter onrealistisch
En wat met de basisbereikbaarheid ?
Inmiddels zijn de besprekingen over de herstructurering van het busnet afgerond. Men heeft met het ontwerp RUP AZN er omheen gefietst: er is gewoon geen budget voor een hoogfrequente busdienst. Uit onderzoek, uitgevoerd door ABLLO vzw, blijkt:
- Dat aan een mogelijke halte Parkziekenhuis geen meerkost is voor De Lijn. Want bijna heel het Waasland is vanaf de halte Park vlot binnen bereik, zonder overstap.
- Dat bij een verhuizing van AZN een netwerkaanpassing nodig is, bijvoorbeeld zoals hieronder is weergegeven, is duidelijk. Volgens dat scenario zou de operationele meerkost voor De Lijn op 1,1 miljoen EURO / jaar uitkomen. Bovendien zou de kwaliteit erop achteruit gaan.
Een hoogfrequente busdienst naar de site van het RUP AZN is onbetaalbaar, dus onrealistisch. Slechter wordt het in ieder geval.
BEZWAAR 8 : Synergie van de huidige ziekenhuiscampus met de kernstad wordt niet ernstig genomen.
Over de visie van een apart ziekenhuisdorp met eigen horeca en winkels, alweer ten koste van de kwijnende winkels en cafe's in de binnenstad, of een ziekenhuis als deel van een levende stad, is geen degelijk onderzoek gebeurd.
Bij de opmerkingen die gemaakt zijn n.a.v. de startnota in de zomer van 2018, kwam enkele malen de vraag naar voren om de synergie tussen AZN en de binnenstad van Sint-Niklaas te onderzoeken. Eind 2018 is er blijkbaar zo’n onderzoek geweest, dat vermoedelijk AZN heeft uitgevoerd of laten uitvoeren.
ABLLO vzw kent mensen die aan de ingang/uitgang van AZN door ‘onderzoekers’ vragen kregen voorgeschoteld zoals :
- Hoe kwam je naar AZN (vervoersmodus)?
- Combineer je dit bezoek met andere activiteiten in de stad? Enz.
Ook via een interne bron, heeft ABLLO vzw vernomen dat zo’n onderzoek is gebeurd.
Waarom is bij de documenten horende bij het ontwerp RUP AZ Nikolaas nergens melding gemaakt van dit onderzoek? Waarom zijn die resultaten niet vrijgegeven? Waarom is dit onderzoek i.v.m. synergie van de huidige ziekenhuiscampus met de kernstad niet uitgevoerd door de makers van het ontwerp RUP AZN, aangezien dit een herhaalde vraag was?
Want : Het gaat hier ook wezenlijk over de identiteit van een ziekenhuis, over hoe een ziekenhuis is verweven met zijn omgeving van stad en regio. Sint-Niklaas is toch de centrumstad van de regio Waasland.
Vandaar dat ABLLO vzw bezwaar indient, omdat geen synergie-onderzoek is uitgevoerd.
BEZWAAR 9 : i.v.m. Groenboek ‘Hospital of the future’
Er wordt in de toelichtingsnota ook meermaals verwezen naar de nood aan een ‘modern ziekenhuis’. In het Groenboek ‘Hospital of the future’ van KU Leuven en Vlerick, opgemaakt in opdracht van de Vlaamse Overheid (2019) , wordt gesteld dat medische centra de neiging hebben om een gelijkaardig patroon te volgen als winkelcentra of bioscoopcomplexen, en zich vestigen op greenfields buiten de stad (zie p.56). Volgens dit Groenboek is dit geen duurzame evolutie. Toekomstgerichte zorg moet dicht bij de mensen staan, letterlijk en figuurlijk. Het nu voorliggende voorstel om te verhuizen naar greenfield buiten de stad, is geen concept van de toekomst. Dit is een achterhaald betonconcept uit de jaren zeventig.
Meer fundamenteel stelt dit Groenboek dat het ziekenhuis van de toekomst juist minder ruimte in beslag zal nemen. In de toekomst zullen ziekenhuizen zich toespitsen op hun kerntaken, met name de operaties, hoogtechnologische onderzoeken, medische beeldvorming, spoedgevallen, intensieve zorgen, enz.
Vandaar dat ABLLO vzw bezwaar indient, omdat de principes achter de verhuizing van AZN in strijd zijn met Groenboek ‘Hospital of the future’
- Aanbevelingen in de conceptvorming
ABLLO vzw heeft met vrij veel initiatieven vanaf 2017 geprobeerd meer ruimtelijke kwaliteit voor te stellen aansluitend bij de broodnodige vernieuwing van AZN. Dat werd tot op heden nooit ter harte genomen.
- Het concept Parkziekenhuis is weggewuifd, omdat geraakt zou worden aan een stuk van het park. Dit is sinds 7 mei 1975 beschermd als cultuurhistorisch landschap en daar mag niet aan geraakt worden. Dat er circa 4 ha park kan ontwikkeld worden rond AZN negeert men. Door afbraak van vooral de oude stadskliniek en tal van parkeerterreinen (kankerplekken in de buurt) is dit wel mogelijk. Dit biedt enorme samenhangende kansen voor de buurt.
- De vraag om ook binnenstedelijke locaties te onderzoeken is niet ter harte genomen. Ook in de GECORO is die onderzoeksvraag gesteld. Zo is de atheneumsite met 4,5 ha weggeveegd, want ‘te klein’. Een out of the box denken is te hoog gegrepen voor het planteam (zie onder 4 hierna).
- Daarom zijn op vraag van ABLLO vzw studenten architectuur aan het werk gegaan met een ontwerpend onderzoek op verschillende binnenstedelijke locaties. Tegelijk deed ABLLO vzw opnieuw een oproep - ook bij de bevoegde schepenen van omgeving en mobiliteit - om een stedenbouwkundige wedstrijd voor AZN uit te schrijven. Er beweegt niets.
- Het planteam RUP AZN doet gewoon voort. ABLLO vzw stelt een tweede concept voor van het Parkziekenhuis in combinatie met de atheneumsite. Dit is een meer creatieve en omvattende benadering van dit planningsvraagstuk. Het toont aan, dat een creatief denkproces tot bijzondere puzzel-oplossingen kan leiden.
- ABLLO vzw heeft nooit beweerd, dat om het even welk door ABLLO vzw voorgelegd alternatief, te nemen of te laten is. Steeds zijn die varianten als een pleidooi voorgesteld, om deze complexe planningactiviteit aan te pakken via bijvoorbeeld een open oproep of een strategisch project of een wedstrijdformule.
- Tussendoor voert men aan dat ABLLO vzw rijkelijk laat komt. Wij zijn inmiddels enkele jaren verder, en het monofunctionele plan blijft men voorleggen.
- HAG vraag (HAG = herbevestigd agrarisch gebied): Is één open ruimte gebied van 16 ha wel vergelijkbaar met 3 verschillende stukjes ‘open ruimte’ compensatie? De oppervlakte is OK maar zowel de landbouwkundige als landschapsecologisch waarde van de open ruimte niet.
De 16 ha van de Neerkouter, is bijna niet omgeven door huizen. Het stukje compensatiegebied van Nieuwkerken wel.
ABLLO vzw heeft al in een vroeg stadium planvarianten voorgesteld voor het ontwerp RUP AZN. In ’t Groene Waasland nr. 206 van maart 2018 is dit als voorbeeld aangehaald om dit in een samenhangend geheel te benaderen, als kansrijk concept in stad en streek.
In de opmerkingennota -opgemaakt tijdens de consultatieronde bij de startnota- somde ABLLO vzw tal van opmerkingen op om alsnog meer ruimtelijke kwaliteit te realiseren. Telkens doet men niets met de lange lijst aan constructieve, creatieve en kritische bijdragen. Maar ook met de vele overlegmomenten en enkele acties van ABLLO vzw doet men niets. In de scopingnota versie 2 lijkt de planvorming niet te evolueren naar omvattende ruimtelijke kwaliteit. Het Parkziekenuis toont wel degelijk veel samenhang tussen, visie, schaal, ruimtelijk concept, socio-economie en ecologie. Dit ontbreekt grotendeels in het voorgelegde ontwerp RUP AZN.
Het kan en moet beter. Denk globaal en handel lokaal met bijvoorbeeld het Parkziekenhuis.
- Globaal: stad + regio
Volgende (positieve) strategische visies, plankaders en acties zijn niet afgebeeld in onderstaande schets van het te ontwikkelen Parkziekenhuis. Ze vormen, letterlijk, de omkadering waarin het plaatje past:
- De stad wil een hiërarchische wegenstructuur in ruitvorm rond de kernstad.
- De centrumas ziet men als noord-zuidcorridor station-markt-shopping.
- Deze stedelijke en tegelijk regionale centrumas leent zich goed voor herinrichting van het publieke domein, op maat van stappen, trappen en OV. De auto is te gast voor vervoer van herkomstpunten of naar bestemmingsadressen.
- De geplande knip op de Grote Markt, is een belangrijke ingreep om de verkeersleefbaarheid, verkeersveiligheid, gezondheid en bereikbaarheid te verzekeren. De Parklaan wordt hierdoor als vanzelf autoluw.
- Met de afwerking van de oostelijke tangent wordt zeer zwaar geïnvesteerd in het (vracht)autosysteem in het hart van het Waasland. Het centrum wordt nog meer autoluw, beweert men.
- Met deels gerealiseerde verkeerscirculatieplannen, fietsroutes en doorstroming voor de bus, is dit ruit-corridor-concept nu al een sterk merk.
- Lokaal: leefbare en gezonde buurt
Volgende schets toont hoe men met het Parkziekenhuis ruimtelijke kwaliteit zou kunnen realiseren. Het is een faseerbaar, moduleerbaar en compact concept, waadoor het kan meegroeien met beschikbare middelen en noden.. En het maakt de buurt gezonder met meer parken. Het planteam moet liefst met nog meer samenhang in ruimtelijke kwaliteit voor de dag komen.
Alternatief Parkziekenhuis met centraal een kwaliteitsvol publiek domein.
- Besluit:
Er is met het ontwerp RUP AZN onvoldoende ruimtelijke kwaliteit in de planvorming gewaarborgd voor het nieuwe AZN en in relatie met de ruimtelijke-, verkeers- en vervoersstructuur van stad en ommeland. Ziekenhuismanagers gaan in zee met enkele politici. Zij dragen architecten en studiebureau’s op om een ziekenhuis neer te zetten op zeer grote percelen agrarisch gebied, dat zij door de jaren opgekocht hebben. Zonder samenhang met de omgeving. Dit is totaal niet uitgewerkt door stedenbouwkundigen en ruimtelijke planners. Dit is niet duurzaam. Dit is verre van het lobbenstadmodel met ecologische evenwichten en een gradiënt van stadshart tot de ruime omgeving. Kortom het ontwerp RUP AZN is een ongezond verhaal.
Om al deze redenen – omstandig uitgelegd op de voorgaande bladzijden – wenst ABLLO vzw dan ook uitdrukkelijk en formeel bezwaar aan te tekenen tegen de dreigende beslissing om het RUP AZN goed te keuren.
Bijlagen
Bijlage één, lijst eerdere initiatieven van ABLLO vzw over verhuizing AZN.
Op de webstek van Het Groene Waasland kunt u doorklikken naar veel publicaties en pers omtrent deze jarenlange initiatieven.
- Publicaties in Het Groene Waasland:
- Nr. 206, maart 2018: extra katern Top zorg in of uit het stadshart, problemen en kansen. ABLLO vzw onderzoekt hiermee of er geen betere alternatieven zijn: ruimtelijk, stedenbouwkundig, mobiliteit.
- Nr. 208, ‘Gecoro vraagt meer onderzoek’. En artikel ‘Is de stad Sint-Niklaas helemaal het noorden kwijt?’ (uit De Morgen 31 mei 2018)
- Nr. 209, Het parkziekenhuis zorgt voor een leefbare buurt en lost parkeerproblemen van het personeel op.
- Nr. 210, Verhuisplanen AZ Nikolaas, van banaal tot geniaal.
- Nr. 212, Verhuizing AZ Nikolaas, bijkomende rekeningen.
- Nr. 213, Nieuwe kliniek, AZ Nikolaas moet op de juiste schaal in de stad blijven.
- Nr. 214, Van zonevreemde stadsvlucht tot zone-eigen inbreiding in het stadshart.
- Nr. 215, Creatieve plannen voor AZ Nikolaas.
- Nr. 221, BBL klaagt dubbelzinnige houding aan n.a.v. verhuizing AZ Nikolaas.
Drie fimpjes in de kijker. - Nr. 222, Openbaar onderzoek ontwerp AZ Nikolaas. Inspraak bij verhuizing.
- Acties
- 2018, april, 19. Flyeractie aan de hoofdingang van AZN in de Moerlandstraat en L. De Meesterstraat. Met persbericht.
- TVOost, Radio Land van Waas…
- Overleg
- 2017, dec. 21, bewonersoverleg bij Vorming Plus
- 2018, apr. 17, overleg bij De Lijn Oost-Vlaanderen (i.s.m. TreinTramBus)
- 2017, nov. 20, overleg bij Interwaas
- 2018, overleg met UNIZO, Groen!,
- 2018, aug., overleg met Freddy Willocxk, en ziekenhuisdirectie
- 2019, feb. 15, overleg met Bart Van Lokeren, procedures in planproces
- 2019, overleg met Burgemeester en Carl Hanssens
- 2019, overleg met schepen De Meester en Carl Hansen
- 2018 juli 18, Indienen bij College B&S van en te Sint-Niklaas van Opmerkingennota bij voorstelling Startnota RUP AZN.
Bijlage twee, opmerkingen van ABLLO vzw bij voorstelling startnota, 10 juli 2018
Aan het College van Burgemeester en Schepenen , Grote Markt 1, 9100 Sint-Niklaas
Betreft: Raadpleging startnota en procesnota gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
AZ Nikolaas 22 mei 2018 tot en met 20 juli 2018. Opmerkingen bij deze raadpleging.
Mijnheer de burgemeester,
Dames en heren schepenen,
De stad Sint-Niklaas, in nauw overleg met de directie van AZ Nikolaas, legt bij deze raadpleging de procesnota en de startnota bij het ontwerp van het gemeentelijk ruimtelijke uitvoeringsplan AZ Nikolaas voor (kortweg GRUP en AZN).
Het is zeer positief, dat werk wordt gemaakt van de eenmaking van de ziekenhuiscampussen Moerlandstraat en De Meesterstraat. Dit is nodig na de fusie. Het is ook bijzonder goed nieuws dat geïnvesteerd wordt in de gezondheidszorg voor de bewoners van de stad en van de regio.
Hierna volgen onze opmerkingen bij de voorgelegde nota’s. Dit bericht bestaat uit vijf bladzijden met in bijlage, de in kleur gedrukte katern van ABLLO vzw (24 bladzijden), ’t Groene Waasland.
Opmerking één: Dit is een zeer grootschalige project. Het gaat het belang van de stad te boven. Het heeft een regionaal belang voor ruim 300.000 inwoners. Het gaat om een investering van ruim 300 miljoen EURO. Een behandeling binnen een bovenlokaal beleidsorgaan is ook nodig, bijvoorbeeld in de vervoerregioraad, de provincie en Interwaas.
Opmerking twee: Uit de voorgelegde documenten blijkt, dat nog te weinig toegevoegde waarde wordt nagestreefd met het project. De puzzelstukken passen nog niet goed in mekaar om nu al over te gaan tot een uitvoeringsplan. In de planvorming is het nog te vroeg om dit GRUP voor te leggen. Een GRUP is uitvoeringsgericht. De eerder te nemen horden zijn overgeslagen of zijn niet goed uitgewerkt:
- De definiëring van een visie op een nieuw AZN in een (zich wijzigende) maatschappelijke, verkeers-, en vervoerskundige en ruimtelijke context wordt niet vermeld in de startnota. Er zijn veel trends en trendbreuken met bedreigingen en kansen waarop een visie moet inspelen.
- Er wordt geen ruimtelijk concept voorgelegd van de kernstad en het ommeland waarin AZN past. Het behoud en de versterking van het ruit-en-corridor-model of enig ander te ontwikkelen concept is noodzakelijk, want AZN is een grootschalige structuurbepalende voorziening.
- Er is geen kwalitatieve en kwantitatieve taakstelling van een nieuw AZN binnen de ruimtelijke-, verkeers- en vervoersstructuur van stad en ommeland.
AZN lijkt op het Oosterweelverhaal. Ziekenhuismanagers gaan in zee met politici, architecten en ingenieurs. De samenhang met de omgeving is niet uitgewerkt door stedenbouwkundigen en ruimtelijke planners.
Opmerking drie: Met betrekking tot de visie. Uitgerekend tijdens deze raadpleging verschijnt in de Stadskroniek van juni 2018 op pagina 13 een bondige visietekst.
Steden en gemeenten (…) werken volop aan positieve evoluties op het vlak van o.a. duurzame mobiliteit en stedenbouw. Hierbij staan levenskwaliteit, sterke lokale handel en bereikbaarheid centraal (…) en slim omgaan met schaarse ruimte in onze kernen.
Dit wordt met voorliggend GRUP totaal niet gevolgd.
Opmerking vier: In de planvorming ontbreekt een creatief zoeken naar allesomvattende oplossingsrichtingen. Er is onvoldoende vertaalslag van visie naar concept. De ontwerptaak in 2011 om ‘overheen de Hospitaalstraat te bouwen’ was te beperkt (zie hfst. 1 in de startnota). Kortom, vooraleer een GRUP voor AZN op te maken diende eerst een open oproep of een stedenbouwkundige wedstrijd gelanceerd te worden. Zo is er meer kans om de meest vindingrijke variante, met meer toegevoegde waarde(n), tot ontwikkeling te laten komen.
Opmerking vijf: In de startnota (hfst. 1) wordt uitgelegd hoe de ‘organisatie versus architectuur en stedenbouwkundige layout’ op de huidige locatie niet goed functioneert. Er wordt uitgelegd hoe men onderzocht heeft om beide campussen te verbinden met elkaar dwars over de Hospitaalstraat. De centrumstedelijke ligging van AZN wordt veroordeeld, omdat de campus veel verkeer genereert en ‘een aanzienlijke oppervlakte parkeerruimte nodig heeft’. In de hoofden van de opdrachtgevers speelt verkeer een grote rol.
Zij gaan geheel voorbij aan een sturend beleid inzake verplaatsingen. Verkeer kan totaal andere vormen aannemen indien men het vervoer naar andere modi bevordert. Denk aan het bekende stop-beginsel. En denk aan trends met deelfietsen en deelauto’s. Ze plaatsen het megalomane parkeer- en verkeersverhaal in een geheel andere perspectief. Net als in de telecommunicatie, zijn er over 10 jaar grote veranderingen te verwachten in de mobiliteit.
Opmerking zes: Een aantal beleidsplannen worden in de startnota (hfst. 4 en 5) aangehaald zonder er iets mee te doen in dit GRUP. Tal van bindende bepalingen worden niet gevolgd of de praktische afstemming blijft vaag. Bijvoorbeeld met betrekking tot volgende plannen:
- Gewestelijk RUP afbakening regionaal-stedelijk gebied Sint-Niklaas.
Het GRUP AZN is daarbuiten gelegen. Het stedenbeleid, in het kader van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, wordt niet gerespecteerd. Het buitengebied wordt verder aangetast. - Herbevestiging agrarische gebieden.
Het GRUP AZN ligt geheel in dit gebiedstype. Daarbij moet men compensatiegebieden zoeken (zie ook in opmerking 9). - Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan.
De versterking van de corridor, als openbaarvervoersas en als lint met vele centrumfuncties wordt niet gevolgd. AZN verlaat de centrumas, waardoor deze ernstig verzwakt. En de Z-vormige groenstructuur wordt aangetast met de verhuizing. Uitgerekend in het buitengebied wil men een nieuw centrum bouwen. - Het gemeentelijk mobiliteitsplan.
Het GRUP AZN komt op 1 km van het gewenste ‘Stadsknooppunt West, OV- en fietsknooppunt’. Dit is het wegenknooppunt N70/N41. Onduidelijk blijft hoe de relatie van AZN met dit stadsknooppunt vorm gaat krijgen. De voetganger zal nooit de hoofdrol kunnen spelen in dit gebied (een zogenaamde C-locatie = enkel goede autobereikbaarheid) en met zulke afstand. - Basisbereikbaarheid.
In de startnota geen woord over het kernnet van stad en regio. Laat staan over een degelijke operationele en economische onderbouwing van een bijkomende lijn op het kernnet. Voor AZN als zeer belangrijke functie in / voor het Waasland moet met een ambitieuze taakstelling voor het openbaar vervoer het overmatig autogebruik dalen. Idem met bevordering van het gezonde stappen en trappen.
Opmerking zeven: De onderwerpen van te voeren MER-onderzoeken (hfst. 7 in de startnota), focussen op de site van het voorgestelde GRUP terwijl andere locaties niet goed onderzocht werden. Wij stellen voor om voorafgaandelijk bijkomend onderzoek te doen.
- Onderzoek naar meer alternatieven op basis van bijkomende uitsluitingscriteria (zie hfst.2 in de startnota). Zoals er zijn: centrale positie, zuinig ruimtegebruik, synergie, kwaliteit publiek domein, omgevingskwaliteit. Dit als swot-analyse (sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen) in het ruimtelijk weefsel en in de netwerken. En dit op schaal van de site, de kernstad en het Waasland.
- Onderzoek naar de waarde van de synergie van het huidige AZN in relatie met de kernstad met stedelijke functies, het park, de buscorridor, het fietsroutenetwerk, het publiek domein, sociale cohesie, onderwijs, handel en diensten. Dit als nulmeting tegenover andere locaties.
- Onderzoek naar de potentiële waarde van het ‘parkziekenhuis’. Dit is het concept dat ABLLO vzw voorstelt (zie bijlage of zie : www.abllo.be/AZN ). Dit concept (naast andere concepten) dient zeker onderzocht te worden. Bijvoorbeeld wat ruimtegebruik betreft (zoals parkeren = 0 m²), meerwaarde voor publiek domein, geen extra kosten voor openbaar vervoer, vlotte bereikbaarheid voor alle modi vanuit heel de regio, synergie met de binnenstad (zoals scholen), omgevingskwaliteit (zoals park, uit te breiden)…
Opmerking acht. Wij stellen voor om bijkomend onderzoek te doen op vlak van mobiliteit.
- Onderzoek naar de huidige verdeling in vervoermiddelengebruik, als nulmeting.
Vragen kunnen zijn:
- Hoe komen patiënten en bezoekers en werknemers naar het AZN als voetganger, fietser, met openbaar vervoer, als autobestuurder of –passagier?
- Waar parkeren zij nu hun fiets of auto?
- Hoeveel personeelsleden brengen kinderen naar school of de kinderopvang in Sint-Niklaas, in combinatie met hun rit naar hun werk in AZN?
- Waarom worden bepaalde vervoermiddelen niet gebruikt?
Eén of meerdere staalnames zijn nuttig om een beeld te vormen. Op basis van de huidige cijfers kan men dan de mogelijke verplaatsingsveranderingen na een verhuizing beter inschatten of aansturen. In het Mober AZN (o.a. p39 en p43), vertrekt men vanuit de situatie bij andere ziekenhuizen wat niet ideaal is. - Onderzoek naar de huidige en toekomstige sterkten / zwakten van het openbaar vervoer. Men zegt, dat het openbaar vervoer goede verbindingen krijgt naar het nieuwe AZN. Maar een duidelijk uitgewerkt operationeel en economisch plan, met vermelding wie dat gaat betalen, is er niet. Voor het autoverkeer heeft men in de Mober reeds onderzocht naar welk soort kruispunt met allerlei varianten er best op de N41 komt. Voor het openbaar vervoer staat er slechts een zeer magere bijdrage (p25 tot p27).
- Onderzoek naar nieuwe vormen van mobiliteit. Het nieuwe AZN gaat ten vroegste in 2027 open. Hoe gaan wij ons dan verplaatsen? Een ‘aftastend’ onderzoek is hier op zijn plaats. Het autoverkeer zal een grote evolutie ondergaan: van privé wagens naar deelsystemen, zelfrijdend, met elektro-motor of op waterstof. Komt er een Uber-achtig systeem zonder chauffeurs? Is een megaparking op die plaats dan nog nuttig of gewenst? Vergelijk een GSM uit 2007 met een smartphone nu. De combinatie van de verbetering van hardware, software en de netwerken hebben die evolutie tot stand gebracht. Voor de automobiliteit zullen ook de verbetering van hardware, software en de netwerken (communicatie tussen auto’s …) eenzelfde enorme evolutie veroorzaken. De zelfrijdende auto tracht nu de poort open te krijgen, maar dat lukt nog niet. Eenmaal open, zal het zeer snel gaan. Alle grote merken en softwarebedrijven werken daaraan. Auto’s delen zal ook pas echt doorbreken als de netwerking goed verloopt. Is het niet absurd een nieuw AZN te plannen buiten de stad, waarbij men zich teveel baseert op veel te oude uitgangspunten en gegevens op vlak van o.a. verkeer en niet op de nieuwe mobiliteit van de toekomst?
Zo’n onderzoek, waarbij men probeert te kijken in de toekomst, vraagt dat men zoveel mogelijke opties/toekomstbeelden naast mekaar zet en dan een vergelijking probeert te maken tussen de verschillende potentiële locaties.
Opmerking negen. De voorgestelde compensatie in het woonuitbreidingsgebied Vrasenestraat, circa 6,35 ha, is niet interessant omdat het aan drie zijden omgeven is door woongebied en aansluit bij de dorpskern. Dit gebied is eerder kernversterkend met invulling als woongebied. Er moeten toch gebieden te vinden zijn, waarbij de omzetting tot landbouwgebied zinvoller is. Wie betaalt de compensatie, de Vlaamse Overheid, de stad Sint-Niklaas of AZN? En wat is een raming van de prijs? Welke prijzen hanteert men hiervoor?
Opmerking tien. Onvoldoende uitwerking van duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. In de startnota ontbreken de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. Deze zijn aangenomen door de algemene vergadering van de VN met de Agenda 2030 voor Duurzame Ontwikkeling. Gedurende de komende 15 jaar moeten 17 algemene doelstellingen een actieplan vormen om de mensheid te bevrijden van armoede en de planeet terug op de koers richting duurzaamheid te plaatsen. Deze doelen die één en ondeelbaar zijn, reflecteren de drie dimensies van duurzame ontwikkeling: het economische, het sociale en het ecologische aspect. Enkele voorbeelden bij dit nieuwe AZN:
- Economisch: bovenop de ruim 300.000.000 euro investering volgen nog rekeningen die afgewimpeld worden op anderen. Zoals bijkomende wegenaanpassing, blijvende meerkost voor de openbaar-vervoeruitbating zonder opwaardering ervan, verminderen van de omzet bij handelszaken in de binnenstad door minder nabijheid van klanten, compensatiegebieden afkopen....
- Sociaal: Je zal maar als bejaarde partner ‘achter’ blijven. De verplaatsing naar het nieuwe AZN met de fiets of het openbaar vervoer wordt slechter. Je zal maar als student verpleegkunde moeten gaan pendelen tussen school en stage in AZN. De sociale rol van de stadskern brokkelt af. De kwaliteit van het publiek domein als sociale ruimte komt zelfs niet ter sprake in de startnota.
- Ecologisch: Het nieuwe AZN is een nieuwe centrumfunctie buiten het centrum. Hiermee vreet de stad aan de buiten. Ruimte als schaars goed wordt opgeofferd door een ruim dubbel zo groot perifeer liggend terrein aan te snijden. De levensvoorwaarden worden verder belast door afstand, meer wegverkeer, negatieve impact op het buitengebied, vernietiging van synergie en symbiose met het stadshart.
Deze en andere woonecologische factoren passen niet in een duurzaam beleid.
Kortom, ABLLO vzw vertrouwt erop dat dit strategische project AZN getoetst wordt aan het steeds prangender klimaat-, energie-, ruimtelijk- en mobiliteitsdebat. Dit project dient dus absoluut geheroriënteerd te worden om een substantiële bijdrage te kunnen leveren aan de noodzakelijke (en door het stadsbestuur beloofde) transitie naar een klimaatneutrale stad Sint-Niklaas. In plaats van een project te blijven dat al deze nobele doelstellingen voor lange tijd zal ondergraven en de facto onmogelijk zal maken.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Namens de Raad van Bestuur van ABLLO vzw
De voorzitter, Willy Van Overloop De Secretaris, Jenny De Laet
Actiecomité ter beveiliging van het leefmilieu op de Linkeroever en in het Waasland vzw